Inge Bongers ©Tilburg University
Onderzoekers van Tilburg University gaan een digitaal zelfmanagementplatform ontwikkelen voor mensen met ernstige psychische aandoeningen (EPA).
Het doel is om patiënten meer controle te geven over hun eigen mentale gezondheid en daarmee de druk op de geestelijke gezondheidszorg te verlagen. Het project, dat zopas subsidie kreeg, is een initiatief van de Academische Werkplaats Digital Health and Mental Wellbeing van Tilburg University . In de ‘werkplaats’ werken wetenschappers samen met maatschappelijke partners aan oplossingen voor verschillende uitdagingen van het werken aan het eigen mentale welzijn en een gezonde leefstijl met behulp van digitale technologieën en interventies. Medeaanvragers en co-financiers van deze aanvraag zijn de Katholieke Universiteit Leuven, de Universiteit Maastricht, de Technische Universiteit Delft, de GGz Eindhoven, GGz Breburg en de gemeente Tilburg.
Zorg onder druk
“Het maatschappelijk belang is evident: de psychische zorg staat onder grote druk en de vraag neemt alleen maar toe”, zo zegt professor Innovatie van de geestelijke gezondheidszorg Inge Bongers. “Dankzij technologische ontwikkelingen wordt zelfzorg steeds normaler in de psychische zorg. Er kan heel veel, maar het is wel belangrijk dat platforms en tools wetenschappelijk bewezen werken en daadwerkelijk worden gebruikt in de praktijk. Zeker voor de zeer kwetsbare doelgroep van mensen met EPA waar wij ons met dit project op richten.”
In het nieuwe project wordt onder meer onderzocht welke kenmerken terugval van klachten van moment tot moment kunnen voorspellen. Op basis van deze inzichten wordt met behulp van digitale technologie een zelfhulpplatform met tools ontwikkeld die bruikbaar zijn in het leven van alledag. Bij het multidisciplinaire project zijn onderzoekers betrokken op het gebied van digitale technologie, artificiële intelligence, implementatie en psychologie. Bij de ontwikkeling van het platform zijn de gebruikers - mensen met EPA en professionals in de geestelijke gezondheidszorg, in de lead.
Volledig digitaal?
Gaan we straks volledig digitaal? Inge Bongers is enthousiast over wat digitalisering brengt, maar waarschuwt dat het geen doel op zich is. En zeker geen vervanging van menselijk contact. “Voor mensen kan digitale zorg een uitkomst zijn. Het helpt bijvoorbeeld bij het inpassen van hulp en ondersteuning in het dagelijks leven, waarmee de drempel lager wordt om hulp te zoeken en te aanvaarden. Denk ook aan de houdbaarheid van de zorg en de opvang van personeelstekorten als sommige taken bij zorgpersoneel worden weggehaald. Maar het mag er natuurlijk niet toe leiden dat mensen aan hun lot worden overgelaten.”
“Te vaak wordt ongedifferentieerd gezegd dat we meer eHealth moeten aanbieden. Maar niet elke app is voor iedereen op elk moment geschikt. De wetenschap speelt een belangrijke rol om kritisch te kijken naar al deze aspecten in het ontwikkelen, testen en implementeren van eHealth toepassingen.”
Zoals beeldbellen gemeengoed is geworden op elk kantoor, zo moet eHealth gaan passen in het reguliere zorgaanbod?. “Voordat het zover is, moet er werk gemaakt worden van een heel andere mindset waarin digitale middelen een onlosmakelijk onderdeel zijn van preventie, ondersteuning en zorg. Dat is de grootste transformatie die we moeten aangaan. Dat vraagt heel veel van mensen. Neem als voorbeeld een slimme luier in verzorgingshuizen. Bij een bepaald niveau van verzadiging gaat een signaal naar een app. Zo kunnen verzorgenden verschonen wanneer dat nodig is en niet wanneer het op de planning staat. Dat heeft veel voordelen, maar vraagt wel dat het reguliere verschoningsrooster wordt losgelaten. En het vereist bepaalde digitale vaardigheid. Wellicht moet de organisatie daarvoor training aanbieden. Staan mensen daarvoor open? Is de werkgever bereid te investeren? De kosten gaan immers voor de baten uit.”