Nomenclatuurhervorming: stand van zaken (Riziv)

Het Riziv geeft een overzicht van de stappen die al gezet zijn in het licht van de nomenclatuurhervorming en vooral wat we nog mogen verwachten. Hoe staat het in de drie verschillende activiteitensectoren die respectievelijk door een ULB-team, een Möbius-team en een werkgroep binnen de Medicomut worden opgevolgd?

Zoals bekend is de inhoudelijke hervorming opgesplitst in drie verschillende activiteitensectoren:

1 - ATMC: medisch-technische en heelkundige verstrekkingen (ULB-team)

De ongeveer 2.800 handelingen van de huidige nomenclatuur zijn onderworpen aan een triaxiale standaardisatie (topografie, actie, middelen) en voor advies voorgelegd aan experten van elke specialisatie. Het resultaat is een nieuwe gemeenschappelijke classificatie van 3.800 handelingen die sporen met de internationale normen en gebaseerd zijn op medische logica. Slechts enkele specifieke vestrekkingen (bijvoorbeeld sommige anesthesieverstrekkingen) moeten nog gestandaardiseerd worden.

2 - AMTAA: specifieke medisch-technische verstrekkingen (Möbius-team)

De nomenclatuur van pathologische anatomie, genetica, nucleaire geneeskunde en radiotherapie is geherstructureerd. Tegelijk zijn alle omschrijvingen, specialisme per specialisme beoordeeld. De omschrijvingen, vergezeld van alle (algemene en specifieke) toepassingsregels, zullen in een volgende stap definitief gevalideerd worden. Voor de klinische biologie werd uit een aanvullende studie vastgesteld dat er een nieuwe financieringsmethode nodig is om de doelstellingen van de hervorming te verwezenlijken. Deze nieuwe methode zal in een volgende stap verder vastgesteld worden.

3 - ACA: raadplegingen en andere vergelijkbare verstrekkingen (UGent-team, werkgroep Medicomut)

Handelingen van raadpleging en eraan geassimileerde handelingen (ACA), toevertrouwd aan het UGent-team, maar nadien doorgeschoven naar een MM-werkgroep. Door studie en interviews kwam naar voren dat standaardraadplegingen opgenomen moeten worden in de relatieve waardeschaal van het professionele deel van de ATMC’s. De andere aspecten (cfr. complexiteit, multidisciplinaire consultaties...) zullen in een volgende stap verder behandeld worden in een werkgroep van de Medicomut.

Na een eerste fase is men nu in fase 2 beland, die zich richt op 'betrekkelijke waardeschalen voor het beroepsgedeelte’. De gevolgen van de hervorming worden ook in kaart gebracht voor elke belanghebbende. Zodra dit proces is afgerond, ontvangt elke belanghebbenden(groep) gedetailleerde informatie via bijvoorbeeld afzonderlijke infosessies.

Wat verandert er concreet?
De hiërarchie binnen de nomenclatuur: de nomenclatuur zal niet langer gericht zijn op het specialisme van de arts die de handeling uitvoert, maar op de anatomie van het lichaam waarop de handeling wordt uitgevoerd, onafhankelijk van de specialisatie van de zorgverlener.
De huidige codes die bestaan uit 6 cijfers, zullen worden vervangen door nieuwe codes van 7 cijfers. De nomenclatuurcode zal geen betekenis of hiërarchie meer bevatten. Het specialisme van de arts zal apart worden vermeld, zoals andere elementen via wat het Riziv “attributen” noemt.
Enkel het deel van de nomenclatuur dat de prestaties van artsen beschrijft wordt hervormd. Andere gezondheidszorgberoepen vallen hierbuiten.

Plan van aanpak 
Inhoudelijk wordt de hervorming uitgevoerd onder leiding van wetenschappelijke teams of gespecialiseerde consultants.

Het Riziv probeert diverse bijkomende effecten van de hervorming zorgvuldig te identificeren en te beheren om gebruikers van de nomenclatuur optimaal te ondersteunen in volgende domeinen:

  • Digitalisering van de systemen
    We werken aan een nieuwe beheerstool om de nomenclatuur beter te beheren, via een unieke betrouwbare bron die de prijsbepalings-en controlemechanismen kan voeden. 
  • Juridisch, technisch en operationeel: identificeren en controleren van bijkomende effecten van de hervorming, zoals aanpassingen aan ziekenhuisfacturen en regelgeving, waaronder externe facturatie binnen het kader van de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging, in diensten en sectoren die het nomenclatuurreferentiekader gebruiken.
  • Ondersteuning bieden aan de betrokken partijen door communicatie en indien nodig opleidingen.
    De hervorming van de nomenclatuur wordt voortdurend opgevolgd en overlegd met de Medicomut, de ziekenhuissector en de stuurgroep van de hervorming. Het werk wordt uitgevoerd door wetenschappelijke teams waarbij er directe betrokkenheid is van verschillende medische specialismen en pilootziekenhuizen.

> Voorbereidend maakte het Kenniscentrum in 2022 een rapport op dat wel voor enige betwisting zorgde.

 


 

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.