Meewerken met geschrapte arts kost vijf weken schorsing

De raad van beroep van de provinciale raad West-Vlaanderen bevestigt een bestreden beslissing om een arts, die meewerkte met een geschrapte arts, voor vijf weken te schorsen.

Wat de arts ten laste werd gelegd was niet min. Hij had ongeoorloofd samengewerkt met een geschrapte arts en dat zonder zelf een eigen geneeskundige onderzoek te hebben verricht. Dat deed hij door voorschriften uit te schrijven voor patiënten van de geschrapte arts en die voorschriften mee te geven aan de geschrapte arts. Idem dito voor bloedstalen die de geschrapte arts hem gaf en die hij in een lab liet onderzoeken.

Er werd de arts ook valsheid in geschrifte ten laste gelegd. Hij zou attesten en voorschriften hebben uitgeschreven van patiënten die hij niet zelf onderzocht.

Zijn handelswijze hield ook in dat hij hulp bood bij het onwettig uitoefenen van de geneeskunde door de geschrapte arts.

Tot slot schond hij ook het beroepsgeheim door medische gegevens te delen met de geschrapte arts.

Sanctie gehandhaafd

In eerste aanleg werd de arts in kwestie al tot vijf weken schorsing veroordeeld, maar hij ging hiertegen in beroep en dat beroep werd ontvankelijk verklaard door de raad van beroep van de Orde. Die raad van beroep onderzocht opnieuw alle tenlasteleggingen en kon ze doorgaans eenvoudig bewijzen via verklaringen van de arts zelf aan de politie of zaken die hij zelf op de zitting toegaf.

Alleen voor het valsheid in geschrifte bij het uitschrijven van attesten werd de arts het voordeel van de twijfel gegund omdat er geen harde bewijzen voor bestonden.

De Orde motiveert haar beslissing nog eens uitvoerig door te verwijzen naar de situatie van de geschrapte arts waarmee werd samengewerkt. Een schrapping is immers een zware maatregel die niet zomaar uit de lucht komt vallen: "Het verbod het beroep van arts verder uit te oefenen is bestemd om de arts te treffen wiens zware fouten duidelijk maakten dat hi niet meer de noodzakelijke voorwaarden vervult om het beroep uit te oefenen. (...) Zonder de onmisbare hulp van de (nu geschorste, red.) arts zou de geschrapte arts niet in de mogelijkheid zijn geweest om verder, onwettig, de geneeskunde te blijven beoefenen.

De raad van beroep hield wel rekening met enkele verzachtende omstandigheden zoals het feit dat de beschuldigde in het verleden geen disciplinaire sanctie opliep en decennialang onberispelijk werk leverde. In zijn nadeel pleitte dan weer het feit dat samenwerken met een geschrapte collega een inbreuk is op een basisregel om kwaliteitsvolle geneeskunde te kunnen blijven leveren. Bovendien betekent een dergelijke werkwijze een bedreiging voor alle artsen die op een regelmatige wijze hun beroep uitoefenen. Bezwarend was ook nog dat de geschorste arts niet 'belangeloos' samenwerkte met de geschrapte arts. Daarom werd de oorspronkelijke sanctie gehandhaafd.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.