Met een open brief klaagt het Vlaams Geneeskundig Studentenoverleg (VGSO) de plots verhoogde druk aan op de organisatie van praktijklessen, interactief onderwijs, colleges en zelfs examens. Het maakt zich zorgen om het behoud van de kwaliteit van de opleiding.

Zo reageren de Vlaamse geneeskundestudenten op de eerste mogelijke wijzigingen in het onderwijs na de verhoging van de instroomquota in de geneeskundeopleiding. Dit academiejaar mochten 1.598 studenten beginnen aan de opleiding geneeskunde. In de afgelopen decennia legde de Vlaamse regering dat aantal doorgaans vast op gemiddeld 1.250 via een toelatingsexamen.

De plotse verhoging van een 300-tal opleidingsplaatsen zorgt voor druk op de organisatie van praktijklessen, interactief onderwijs, colleges en zelfs examens. Het Vlaams Geneeskundig Studentenoverleg (VGSO) maakt zich zorgen om het behoud van de kwaliteit van de opleiding.

Ze schetsen nog eens de voorgeschiedenis. In mei 2023 besliste de Vlaamse regering dat er in academiejaar 2023-2024 meer student-artsen aan de opleiding geneeskunde zouden mogen beginnen. De beslissing van minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA) en minister van Welzijn Hilde Crevits (CD&V) werd genomen op basis van het structureel tekort aan artsen, dat zij met het verhoogd quotum versneld wilden inhalen. Het startquotum werd verhoogd: in 2022 werden 1276 studenten toegelaten, dit jaar zijn het er 1598. Concreet moeten de vijf Vlaamse universiteiten samen zo’n 300 extra studenten opnemen.

Kwaliteit

De planning van het medisch aanbod afgestemd op de maatschappelijke noden is cruciaal, net zoals de kwaliteit van de opleiding van zorgverstrekkers. Als VGSO horen wij dat studenten van de Vlaamse universiteiten bezorgd zijn en zich afvragen of de kwaliteit van hun opleiding ten koste zal gaan van de verhoogde instroom van nieuwe studenten.

"Een intensieve, kwaliteitsvolle opleiding tot arts kost namelijk heel wat geld, mee vanwege de specifieke en uiteenlopende onderwijsvormen", leggen ze uit. "Hiertoe behoren theoretische en klinische colleges, vaardigheidstrainingen, communicatielessen, groepswerken en verschillende soorten stages. Met een eenmalige injectie van 15 miljoen euro zouden de universiteiten volgens minister van Onderwijs Ben Weyts samen moeten toekomen."

Extra middelen

"Het voorzien van extra middelen wordt bekeken”, vermeldt minister Weyts, maar dat volstaat niet volgens hen. T"och worden er in de eerste weken van het academiejaar al verregaande aanpassingen in het onderwijs opgemerkt. Zo moeten studenten van de eerste bachelor geneeskunde aan de UGent zeker één dag per week van thuis uit lessen volgen, omdat er te weinig plaats is voor iedereen tegelijk in het auditorium. De belasting uit zich voornamelijk op praktijkuren, administratie en infrastructuur, maar ook het examineren van studenten wordt beïnvloed."

"De UGent kiest er bijvoorbeeld voor om het aantal evaluatiemomenten van de praktijkexamens te verminderen. Van de faculteiten horen wij dat je voor zulke investeringen meer nodig hebt dan een eenmalig bedrag: enkel een structureel verhoogde tegemoetkoming verzekert een hoogwaardige opleiding voor de toekomstige dokters”, reageert VGSO nog bezorgd. "De Vlaamse universiteiten dienen hoe dan ook complexe financiële keuzes te maken. Het uitblijven van uitbreidingen in klinische vaardigheidscentra en dissectiezalen blijken in de nabije toekomst de belangrijkste knelpunten."

VGSO vraagt dan ook met aandrang deze extra middelen effectief vrij te maken om de kwaliteit van de opleiding geneeskunde te bewaren."

Het somt tot slot de kernpunten op:

1. VGSO merkt op dat de druk van de verhoogde instroom geneeskundestudenten zich reeds uit in aanpassingen in de organisatie van het onderwijs.

2. VGSO is bezorgd dat deze aanpassingen een negatief effect zullen hebben op de kwaliteit van de opleiding geneeskunde.

Het VGSO biedt aan om constructief samen te werken om met de betrokken actoren tot een haalbaar beleid te komen vanuit de overheid, de universiteiten en de geneeskundestudenten. "In geval van vragen, zijn wij steeds bereid om u te woord te staan."

De brief is getekend door het dagelijks bestuur van VGSO in 2023–2024.