De subquota die de Vlaamse regering in februari voorstelde bij monde van minister Crevits en minister Weyts, zijn deels vandaag verschenen in Het Staatsblad. Het gaat om het maximum dat kan worden toegelaten tot de opleiding voor het jaar 2026.
Het maximumaantal kandidaten dat voor het jaar 2026 kan worden toegelaten tot de opleiding, ligt als volgt vast voor deze beroepstitels:
Heelkunde 20
Gynaecologie-Verloskunde 19
Anesthesie-reanimatie 48
Neurochirurgie 5
Nucleaire geneeskunde 6
Klinische genetica 4
Röntgendiagnose 15
Radiotherapie-oncologie 4
Oftalmologie 22
Otorhinolaryngologie 12
Orthopedische heelkunde 17
Urologie 12
Fysische geneeskunde en revalidatie 11
Pediatrie 20
Dermato-venereologie, Acute geneeskunde en urgentiegeneeskunde, Plastische, reconstructieve en esthetische heelkunde, Stomatologie en neurologie79
Twee zaken vallen op in vergelijking met het oorspronkelijke voorstel:
- het maximum voor kinder- en jeugdpsychiatrie (30) dat eerder bij de gemelde specialismen ressorteerde, is verdwenen. Deze categorie komt sowieso niet meer voor in het gepubliceerde besluit;
- De Vlaamse regering blijft het hardnekkig hebben over 'geneesheer-specialisten', daar waar de federale overheid deze verouderde term al zoveel mogelijk aanpaste (geneesheer wordt vervangen door het sekseneutralere arts).
Het besluit zegt niets over de huisartsgeneeskunde (388) en evenmin over enkele andere specialismen waarvoor de Vlaamse Planningscommissie maximale subquota had voorgesteld (Geriatrie (25), Volwassenpsychiatrie (47), Pathologische anatomie (9), Medische oncologie (10), Reumatologie (11), Klinische Biologie (12), Cardiologie (15), Pneumologie (10), Gastro-enterologie (15) en Inwendige geneeskunde (algemeen) (45).
