Het Intermutualistisch Agentschap (IMA) publiceert een onderzoek naar consulten bij specialisten. Vijftien specialismen werden onderzocht. In 2022 raadpleegde meer dan 60% van de rechthebbenden in België een specialist. Dat percentage is de afgelopen 10 jaar vrij stabiel gebleven, afgezien van een lichte daling in 2020 als gevolg van de coronavirusepidemie. Wie in 2021 ten minste één consultatie bij een specialist onderging, had er in datzelfde jaar gemiddeld 4,7. In 2022 daalde dat tot 4,3.
De gegevens van het IMA zijn afkomstig uit zijn Atlas. De geïnventariseerde raadplegingen zijn gedefinieerd op basis van de nomenclatuurcodes van de betrokken artsen. Er wordt geen onderscheid gemaakt tussen consultaties in het ziekenhuis en consultaties in een privépraktijk. De specialisten die in de statistieken zijn opgenomen, zijn specialisten die door het IMA als actief worden beschouwd omdat ze in het voorgaande jaar voor ten minste 10.000 euro aan prestaties factureerden die door het zorgverzekeringsstelsel worden gedekt.
In totaal heeft in 2022 niet minder dan 63,5% van de Belgische bevolking minstens één specialist geraadpleegd. Dat cijfer is de afgelopen tien jaar nauwelijks veranderd, afgezien van een lichte daling in 2020 als gevolg van de coronavirusepidemie.
Het aandeel begunstigden met minstens één consultatie bij een specialist is iets hoger (66,6%) in Wallonië dan in Vlaanderen (62,4%) en Brussel (60,9%), maar het verschil is niet significant.
Welke specialismen?
Oogartsen kregen het hoogste percentage visites van de Belgische bevolking: bijna één op vijf Belgen, of 19,1%, bezocht hen in 2022. Daarna volgen gynaecologen (13,8%) en dermatologen (12,8%).
Kinderartsen zagen 6,2% van de bevolking. Dat is vrij stabiel sinds 2012, met uitzondering van een lichte daling in 2020 (5,3%). Maar aangezien het de bedoeling is dat kinderartsen slechts een deel van de bevolking zien, kan hun percentage consulten als relatief hoog worden beschouwd.
Sinds 2012 is het percentage consulten van sommige specialisten gestegen. Cardiologen zagen een stijging van 8,3% naar 10,4%. Voor neurologen gaat het in dezelfde periode van 3,3% naar 4,4%. Longspecialisten zagen in 2012 3,1% van de bevolking, wat zou stijgen tot 4,5% in 2022.
Wat het aantal bezoeken per patiënt betreft, hadden mensen die in 2021 ten minste één consultatie bij een specialist ondergingen, er in datzelfde jaar gemiddeld 4,7 (alle specialismen samen).
In 2022 was dat gedaald tot 4,3. In 2022 hadden patiënten die minstens één keer een psychiater bezochten gemiddeld 4,3 consulten per jaar, vergeleken met 3,2 voor kinderartsen en 2,3 voor orthopedisten en gynaecologen. Maar in 2012 bedroeg het gemiddelde aantal consulten bij psychiaters, voor patiënten die minstens één consult hadden, nog 5,1.