Wat heeft Prof. Marc Buelens (1) te vertellen over de positie van de artsen bij die razendsnelle technologische ontwikkelingen? Al snel valt de vergelijking met de luchtvaart die het aantal fatale vergissingen de jongste decennia fors wist te beperken. Maar daar werd de noodzaak ook het sterkst aangevoeld: “Een chirurg begraaft zijn vergissingen. Een piloot begraaft zijn vergissingen met zichzelf.”
Zoals de meeste experts ziet Prof. Buelens vooral jobs die in meerdere of mindere mate informatieverwerkend zijn, ten prooi vallen aan robotisering. “Bij een medische diagnose zijn data de sleutel tot alles. (…) De vraag is wanneer de robotisering economisch rendabel of relevant zal worden.” Sommigen denken heel vlug voor bankadviseurs die informatie van financiële markten verspreiden, bij studieadvies of bij therapie bijvoorbeeld. Wij, als mensen, denken dat we beter emoties begrijpen, maar ook dat lukt bij robots steeds beter. Ook de beste dokters, die momenteel nog beter zijn dan de gemiddelde robot, zullen in de toekomst het onderspit moeten delven.”
"Hoe slimmer, hoe slechter beschermd"
Een uitspraak die hij wel wat nuanceert voor ons medisch vakblad. “Een diagnose is één ding, een behandeling nog wat anders. Maar ook voor jobs met complexe informatieverwerking komt de robotisering eraan, welicht over tien tot 80 jaar. Veel hangt daarbij af van sociologische en economische invloeden. En, last but not least: van de patiënt die druk zal ontwikkelen naar zijn arts om met die technologie mee te gaan.”
“Je krijgt de merkwaardige paradox dat eenvoudige handelingen zoals tuinieren en het huishouden doen nog het best beschermd zullen blijven tegen automatisering”, luidt een opvallende uitspraak van hem. “Hoe slimmer je bent, hoe slechter je beschermd bent.”
Dan verwijst men weleens naar de radiologie die zeer sterk op beelddata steunt, om te voorspellen dat deze discipline bijvoorbeeld snel geautomatiseerd kan worden. Maar professor Buelens ziet niet in waarom de psychiatrie, die minder als een 'exacte wetenschap' wordt geklasseerd, ook niet gerobotiseerd kan worden. “In een eerste fase zal een robot daar misschien diverse diagnoses moeten openlaten, maar naarmate de patiënt evolueert, zal hij die veel beter kunnen verfijnen dan artsen dat kunnen.”
Prof. Buelens ziet ons de richting inslaan naar een nieuw maatschappijmodel en een economie waar robots de rijkdom zullen maken. (…) Maar het gros van die rijkdom komt vooral in het bezit van de eigenaars van technologie. Nu al beheerst 1% van de wereld-bevolking quasi alle rijkdom. De robotisering zal dat nog extremer maken. Wie de robots controleert zal alles verdienen en zal zelf wel beslissen hoe weinig hij doorgeeft.”
"Wie het idee heeft, heeft alles"
Wat met de kloof rijk-arm? “(…) We zien wel de tendens van ‘the winner takes it all’. Er is ook geen productiekost meer, dus wie het idee heeft, heeft alles. We gaan naar economieën die de rijkdom meer extreem zullen verdelen. We weten niet wat dit maatschappelijk-politiek kan gaan betekenen. Want armoede is een politiek probleem. Komt het marxisme terug of barst er een revolutie los? Dat is niet te voorspellen in tegenstelling tot wat technologisch zal gebeuren en daarbij stellen dat de robots eigenlijk alles gaan kunnen overnemen.”
Marc Buelens denkt dat we ons voor de eerste 5 à 10 jaar niet al te veel zorgen moeten maken, niets gaat boven kwaliteit en service. Blijf investeren in kwaliteit, alles wat je goed doet op dat vlak zuigt nog altijd economische meerwaarde aan en dan ben je waarschijnlijk nog heel lang beschermd tegen robots omdat die niet onmiddellijk en altijd de hoogste kwaliteit zullen bieden.”
“Vele mensen hebben intelligentie in de vingers. Men heeft voor de grootscheepse werken in Antwerpen nog heel wat bouwvakkers tekort, stukadoors: idem dito. En een loodgieter die naast het feit dat hij met zijn laarzen in de modder moet staan, ook complexe apparatuur kan lezen, is zeer goed gewapend tegen robotisering.”
“Tegen een stielman die kwaliteit biedt kan een robot niet op, maar dat belet niet dat veel zaken erg snel kunnen gaan. Dat wordt een heel boeiende uitdaging op langere termijn. Op korte termijn zullen we heel veel leergeld betalen, (…) Zoals nu het geval is bij zelfsturende auto’s. We zullen botsen op onverwachte zaken waar niemand rekening mee houdt, waardoor er nog steeds mensen nodig zullen zijn om in te grijpen.”
(1) Marc Buelens is professor-emeritus aan de Vlerick Business School. Deze opinie is gedeeltelijk gebaseerd op “AI en robots: economie in de toekomst”, zie www.erov.be.