Associaties: is een instapsom nog van deze tijd?

Wie in een associatie stapt, maakt best vooraf goede afspraken over inkomsten – en kostenverdeling, over de instap maar ook de uitstap… Ook gevestigde artsen zijn er gebaat mee om enkele principes te checken die juriste Rita Cuypers uitlegde Een 40-tal jonge artsen kwam af op de dag voor startende artsen van het ASGB onlangs in Elewijt.

First things first: vooraleer je beslist om in associatie te gaan werken, moet je goed weten of je aan de slag gaat in een ziekenhuis. In elk ziekenhuis bestaat immers algemene regeling voor iedere ziekenhuisarts.

Associeer je je in een privépraktijk, dan kun je je regels zelf bepalen. Alhoewsel: grote associaties werken doorgaans met een basiscontract. Maar vorm je als startende arts zelf een associatie met jonge collega, dan heb je alles volledig in de hand.

Hoe verdeel je de inkomsten en onkosten?

Twee opties zijn voorhanden.

Ofwel werkt ieder voor zich, ofwel gaat alles in een pool.

Dat laatste is dé regel voor ziekenhuisassociaties, en wel omdat er relatief goede en relatief slechtbetaalde prestaties zitten in onze nomenclatuur. Via pooling wordt de concurrentie wat getemperd. Maar opgelet: enige correctie is doorgaans nodig voor de activiteitsgraad van de deelnemende artsen. De associés moeten zich ook houden aan enige performantie en het kan aanvankelijk wat wennen zijn voor starters. Verricht bijvoorbeeld niet gemiddeld twee raadplegingen per uur als men er vier verwacht.

Instapsom: verschillen per specialisme

Is een instapsom nog van deze tijd? Dat hangt ervan af. Zo speelt de discipline vaak een doorslaggevende rol. Geriater zijn bijvoorbeeld fel gevraagd. Ziekenhuizen (associaties) zijn zeer blij als ze geriaters kunnen aantrekken zodat ze doorgaans bereid zijn om je inkomen te garanderen voor twee tot drie jaar. Voor een specialisme als radiologie daarentegen liggen de kaarten heel anders.

Concreet betaalt iemand die instapt in een associatie met drie bijvoorbeeld het eerste jaar de helft van een derde, soms legt men een fix vast het eerste jaar, wat gebruikelijk is in een discipline als gynaecologie bijvoorbeeld. Als plastisch chirurg moet je vaak een stevig bedrag neertellen bij de instap. En anesthesisten of radiologen zullen vanaf dag 1 misschien veel meer werk verzetten dan oudere collega’s… wat dus mee in het onderhandelingspakket moet. Conclusie: de regeling en de grootte van de som verschillen sterk van specialisme tot specialisme.

Afdrachten

Het geld van honoraria krijgt in ziekenhuizen drie andere bestemmingen.

1 – een deel zijn inningskosten (max. 6% mag het ziekenhuis aanrekenen).

2 – een deel is bestemd voor uitgaven van het ziekenhuis die niet voorzien zijn in het BFM (budget financiële middelen).

3 – een deel zijn instandhoudingsbijdragen (dat gaat om afhoudingen om de medische activiteit in het ziekenhuis in stand te houden of te bevorderen).

Alles samen komt het afdrachtenpercentage neer op 40 tot 50% van de honoraria. Het wordt telkens vastgelegd in de overeenkomst tussen de medische raad en het ziekenhuis.

Deze kosten (bruto-pool) gaan af van het totaalbedrag om te komen tot een netto-pool.

Aandachtspunt is dat iemand die als zelfstandige of consulent gaat werken duidelijk afspreekt of die inkomsten in de pool zit of daarbuiten.

Uitstapregeling

Je kunt je uit elke associatie terugtrekken uiteraard, maar de manier waarop dat moet gebeuren, leg je best precies en goed op voorhand vast. In een niet-ziekenhuisassociatie neemt de opzegperiode doorgaans drie tot zes maanden in beslag; in een ziekenhuisassociatie wordt afgestemd op de algemene regeling.

In de uitstapregeling zit onder meer vervat welke gevolgen een contractbeëindiging heeft. Mag de uitstapper zich vrij vestigen? Doorgaans geldt de eerste jaren een niet-concurrentiebeding, maar het gebeurt geregeld dat die vestigingsverboden onrechtmatig worden verklaard omdat er geen duidelijk bepalingen in tijd en ruimte instaan.

Associatiecontracten stipuleren vaak dat als je opzegt, je ook verplcht wordt om te vertrekken uit het ziekenhuis. Een twistpunt is dat: een associatie mag immers niet ‘inbreken’ in het ziekenhuis. Daarom wordt een dergelijke bepaling best eerst voorgelegd aan de raad van bestuur van het ziekenhuis. Die raad van bestuur kan overrulend optreden. Wie zeker wil spelen, laat een clausule opnemen in het associatiecontract in verband met het verplichte vertrek uit het ziekenhuis als je uit de associatie stapt.

Beslissingsmeerderheden

Het is geen overbodige luxe om afspraken te maken over benodigde meerderheden voor geldige beslissingen.

Transparantie en communicatie zijn belangrijk, vooral als je met meer dan twee bent: dan kan het nuttig zijn om vergaderingen en overleg in te plannen en vast te leggen.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.